vrijdag 5 september 2008

Eigen schuld

Ik weet niet hoe het er bij u thuis aan toeging, maar mijn ouders waren als scheidsrechter in kinderlijke twisten altijd consequent en onverbiddelijk: wie een ruzie begint en verliest moet achteraf niet zeuren. En als een ander begint dan mag je terug schelden, haren trekken, slaan of schoppen. Mits de vergelding maar een beetje in verhouding staat tot de uitlokking.

Het is hard, sommigen zouden zeggen barbaars of onchristelijk, maar in zijn eenvoud goed te verdedigen. Een strategie die ik dan ook zelf heb toegepast bij de opvoeding van ons eigen kroost. Dochterlief kreeg ooit eens een forse straf van de juf omdat ze op het schoolplein een jongen had geschopt, op een gevoelige plaats. Uit vergelding, zo bleek later. Hij begon. Dus van mij kreeg ze een aai over de bol. Vaders hebben hun dochters nou eenmaal het liefst zo weerbaar mogelijk.

Nou zijn pedagogische huisregels niet per se een bruikbaar instrument in de internationale politiek. De vraag wie een oorlog is begonnen en waarom is achteraf ook moeilijk te beantwoorden. Meestal is het een complex samenspel van historische gebeurtenissen, strategische belangen, politieke spelletjes en blufpoker. Of gewoon dommigheid.

Die laatste gedachte dringt zich op als ik de Georgische president Saakasjvili met zijn verongelijkte blik voor de televisiecamera’s hoor uithalen naar de Russen en hun militaire optreden in zijn land. Het arme Georgië verdient de volledige steun van het Westen tegen deze brute agressie, zo luidt zijn boodschap.

Maar mijn dochter had Saakasjvili nog kunnen uitleggen dat je een beer beter niet kunt wekken met een ferme schop op een gevoelige plaats. Het is bovendien nogal ongeloofwaardig om een bezet stukje van je eigen land, met je eigen mensen en je eigen kinderen, te willen bevrijden door de hoofdstad te bombarderen. Dat doet denken aan die Amerikaanse legerofficier in Vietnam die beweerde dat een dorp moest worden vernietigd om het te kunnen behouden.

Wat volgde was even wreed als voorspelbaar. De Russen sloegen meedogenloos terug en zoals in elke oorlog betaalden vooral burgers de prijs. En als uitgedaagde partij voelen de Russen zich nu natuurlijk volkomen gerechtigd om zelf te bepalen hoe en wanneer dit conflict beëindigd wordt.

Volgens veel westerse leiders toont Moskou daarmee zijn ware gezicht, dat we al bijna weer vergeten waren. De agressor die geen kans voorbij laat gaan om weerloze buurlandjes met geweld te onderwerpen. Slechts weinigen onderschrijven de eigen schuld dikke bult-doctrine van mijn zestienjarige zoon. Toen hij op televisie had gezien wat er was gebeurd kwam hij verbaasd bij mij om uitleg vragen: “Is die gast is gek of zo? Een klein landje gaat toch niet de Russen aanvallen? Dan weet je wel zeker dat je verliest.”

Toegegeven, het is geen hogere diplomatie. Maar toch jammer dat we dat soort geluiden niet vaker horen.